De Wet Huis voor klokkenluiders geldt sinds 1 juli 2016. Deze wet regelt de mogelijkheden en bescherming van werknemers die een misstand willen melden, ook wel ‘melders’ genoemd. Op deze pagina vindt u een aantal belangrijke punten uit de Wet Huis voor klokkenluiders.
Een vertaling van de Europese richtlijn bescherming klokkenluiders wordt opgenomen in de nieuwe Wet bescherming klokkenluiders. Zolang de Wet bescherming klokkenluiders nog niet is goedgekeurd door het parlement, blijft de Wet Huis voor klokkenluiders gelden.
Gaat de melding over een schending van Europese regelgeving bij een werkgever? Dan zijn sommige bepalingen uit de Europese richtlijn bescherming klokkenluiders al direct van toepassing, ook al is de richtlijn nog niet omgezet in nationale wetgeving.
De belangrijkste punten uit de Wet Huis voor klokkenluiders
De huidige klokkenluiderswet geldt voor werknemers en werkgevers. Dat zijn echter ruime begrippen. Een werkgever is volgens de wet niet alleen iemand die mensen in loondienst heeft. Iedereen die arbeid laat verrichten (of heeft laten verrichten) is werkgever. Een werknemer is iemand die nu arbeid verricht of in het verleden heeft verricht (bijvoorbeeld vóór het pensioen of in een vorige baan). Als ambtenaar of in het bedrijfsleven, met of zonder arbeidscontract. Dus óók zzp’ers, vrijwilligers, flexwerkers en stagiairs.
Een werknemer kan een melding doen bij een vermoeden van een misstand binnen de organisatie waar hij werkt of heeft gewerkt. Hij kan ook een melding doen over een misstand bij een organisatie waarmee hij in aanraking is gekomen via zijn werk. De melder moet dan wel zelf iets weten of bemerkt hebben. Iets melden op basis van geruchten of verhalen van anderen kan niet.
Alle organisaties waar 50 of meer mensen werken moeten een klokkenluidersregeling hebben. Hierin staat hoe de werkgever omgaat met meldingen van een vermoeden van een misstand. In de wet staat wat er ten minste in de klokkenluidersregeling moet staan:
• op welke manier met de interne melding wordt
omgegaan;
• wanneer er sprake is van een misstand (met als
uitgangspunt de wettelijke definitie daarvan);
• bij welke functionaris een interne melding gedaan moet
worden;
• dat de werkgever vertrouwelijk met de melding omgaat
als de melder aangeeft dat hij dat wil;
• dat de werknemer een adviseur mag nemen om
vertrouwelijk advies in te winnen.
De werkgever is daarnaast verplicht om iedereen die bij hem werkt schriftelijk of digitaal te informeren over de hierboven genoemde punten. Daarbij moet de werkgever hen ook informeren over de omstandigheden waaronder zij extern een melding kunnen doen, en over de rechtsbescherming bij een melding.
De ondernemingsraad heeft instemmingsrecht op de interne meldregeling. Het is aan te raden de ondernemingsraad zo vroeg mogelijk te betrekken bij het maken of aanpassen van de regeling.
Een melding moet gaan over een misstand met een maatschappelijk belang. Daarbij is er sprake van één of meer van de volgende kenmerken:
• er is sprake van overtreding van de wet;
• er is gevaar voor de volksgezondheid;
• er is gevaar voor de veiligheid van personen;
• er is gevaar voor de aantasting van het milieu;
• er is gevaar voor het goed functioneren van de
organisatie als gevolg van onbehoorlijk handelen of
nalaten.
De werkgever mag de werknemer niet benadelen omdat hij een melding gedaan heeft. De werknemer moet de melding wel op de juiste manier gedaan hebben. Benadeling kan zijn ontslag, maar ook overplaatsing tegen je zin, het weigeren van een promotie of pesten.
Een werknemer heeft er recht op vertrouwelijk advies te vragen. Dat kan bij het Huis voor Klokkenluiders als men een misstand vermoedt die werkgerelateerd is. Het advies is gratis, onafhankelijk en vertrouwelijk. Men kan hiervoor contact opnemen met de afdeling Advies van het Huis voor Klokkenluiders.
Een werknemer moet in principe eerst een interne melding doen bij zijn werkgever. Doet hij dat niet, dan is de kans groot dat een externe instantie de werknemer niet verder kan helpen met het onderzoeken van de situatie. In de klokkenluidersregeling of interne meldregeling van de werkgever staat vermeld bij wie de werknemer een melding kan doen. Bedenk wel dat een interne melding doen iets anders is dan raad vragen of vertrouwelijk met iemand over de vermoedens praten. Pas als die melding niet of niet naar tevredenheid is afgehandeld, kan hij een melding doen bij een externe instantie. Dit is meestal een inspectie of toezichthouder. In sommige gevallen kan hij ook bij de afdeling Onderzoek van het Huis voor klokkenluiders een verzoek tot het doen van onderzoek indienen. Wanneer dat kan leest u hier.